- auteur Hilde Orye Vande Natmaeckingh der Water Verwen Voor het temperen van verschillende pigmenten gebruikt men Arabische gom. Deze moet men smelten in schoon regenwater. De gesmolten Arabische gom zeeft men door een proper doek en bewaart men in een glazen fles om te voorkomen dat stof en vuiligheid in de Arabische gom komt. Mensen die enkel voor hun vermaak aquarellen maken kunnen ook gedistilleerd rozenwater gebruiken om daar de gezeefde gom in op te lossen. Op deze manier gaat de gom niet snel bederven of muf ruiken. Om te voorkomen dat je te veel gomwater bij de verf doet, kan je gebruik maken van een lang glazen buisje met onder en boven een luchtgat. Steek het buisje in de glazen fles met gomwater en neem de hoeveelheid gomwater dat je nodig hebt. Houdt het gaatje boven dicht met je vinger zodat het gomwater in het buisje blijft totdat je het luchtgaatje terug openlaat. Door wat middel men de Water Verwen ∫al te bate komen wanneer die niet wel en willen loopen, of op het Papier vatten. Omdat waterverf geen onzuiverheden verdraagt en soms niet op het papier of perkament wil vatten, verliest men soms veel tijd om de plaatsen waar de verf niet goed pakt toch mooi te bedekken. Men kan dit verhinderen door de volgende remedie: Neem een verse ossengal. Kook het sap eruit met wat zout. Kook het zolang totdat ze geen vuiligheid, noch schuim afgeeft. Schep het schuim en de vuiligheid telkens weg. Daarna laat je het afkoelen en bewaar je het sap van de ossengal in een glazen flesje zodat er geen vuiligheid in kan. Wanneer je verf niet goed wil lopen of voorvloeien, voeg je een klein druppeltje ossengal toe aan de verf. De verf zal dan goed lopen en op het papier vatten. Men mag dit middel vrij gebruiken zonder dat het invloed heeft op de kleur van de verf. Alleen is ze wat vies van smaak voor degenen die gewoon zijn hun penseel dikwijls in de mond te steken. Let er ook op dat je niet meer verf met ossengal mengt als dat je van plan bent om te gebruiken. Je moet het ook niet gebruiken als er geen probleem is zodat men van de noodoplossing geen gewoonte maakt. Ben je op reis en heb je geen ossengal bij de hand, dan wil ik de liefhebber er toch ook nog op wijzen dat men met etter of een beetje oorsmeer (Smout uyt de Ooren) zich wel behelpen kan. Want, een weinig aan uw penseel gedaan, geeft terstond veel in het gebruik. Hoemen ∫ijn Verwen in het gebruycken ∫uyver ∫al bewaren.
Men mag niet te veel met het penseel roeren in de verf die in de schelpen (∫chulpen) bewaard wordt. Neem met een mesje voorzichtig wat verf uit de schulpen en leg het op enkele stukken dik glas. Op dit glas kan je de verf aanleggen en mengen zonder dat de verf vuil wordt of de kleur aangetast wordt. Een houten palet zoals bij de olieverf is niet aangeraden omdat het hout het water opzuigt en omdat het hout soms wat afgeeft bij het temperen van de verf zodat de kleur niet meer zo zuiver is. De glazen stukken zijn gemakkelijk af te wassen, ook als er gedroogde Arabische gom aan vastkleeft. Met wat zeep krijg je de gedroogde gom er zo weer af. Op wat mannier men het Papier, of Kun∫t-Bladen daermen Verlichterie op Schilderen, ofte Illumineren wil, moet Lijmen, ofte Planeeren en va∫tmaecken, by aldien’t noodigh is, op dat de Verwen niet en komen dor te vloeyen. Eer je begint met je aquarel, moet je er zeker van zijn dat het papier waarop je werkt geschikt is en zo niet geschikt maken. Het gebeurt dikwijls (bijzonder in de drukkunst, de landkaarten en wereld beschrijvende boeken) dat de letters lelijk door het papier slaan. Je kan schoon zuiver en vast papier verkiezen. Het “Witte maeghde”- perkament heeft het planeren niet nodig. Voor het planeren gaat men als volgt te werk: Gebruik de beste witte lijm, kook die in schoon regenwater, kook hem in zodat hij in koude toestand lijkt op het sop van gestoofd kalfsvlees. Wanneer men het gebruiken wil, warm je het terug op, neem je een zuivere en zachte spons en strijk je het papier er mee in zodat het overal wat vochtig is met dit lijmwater. Leg het papier te drogen buiten het stof en andere vuiligheid. Deze manier is geschikt voor de aquarellen die men later niet moet vernissen. Voor de aquarellen in de drukkunst die men later wel wil vernissen, gebruikt men beter vislijm. Men planeert het papier zoals hiervoor beschreven en dit tweemaal. Na het drogen kan men het papier gebruiken. Druyven Een rode en blauwe wijndruif zal men aanleggen met purper en schaduwen met asblauw, de hoogglans met wit. De witte wijndruiven zal men aanleggen met heel dun Spaans groen met zeer weinig masticot en wit of beziegeel. Schaduwen doe je met sapgroen. De hoogglans doe je met masticot en wit. De Tullipaen Teken uw bloem zo los mogelijk met potlood hetzij op wit papier hetzij op perkament. Leg hier en daar schaduw met dunne Oost-Indische inkt, soms met wat groengeel. Ook kan men de schaduw met wat fijngewreven grafiet doen. Na de schaduw breng je de kleur aan voor de vlammen van de bloem. Wanneer de vlammen droog zijn, diep je de kleur uit en breng je de hoogglans aan. Zorg ervoor dat de kleur van de verf overeenkomt met de kleur van de bloem.
0 Comments
Leave a Reply. |
Archieven
Februari 2024
Categoriën
Alles
|